In de theorie van de hechting wordt in de cognitieve psychotherapie gesproken over een ‘intern werkmodel’: een soort van schema dat je hebt ontwikkeld over wie je bent en wat je relatie is met anderen. De psycho-analyse heeft het dan over object-relaties.
Mensen die veilig gehecht zijn hebben in hun jeugd een basaal gevoel van veiligheid ervaren. Daardoor zijn ze beter in staat om relaties aan te gaan met anderen, maar ze kunnen ook beter met spanningen omgaan en hun stress sneller reduceren.
Aangeboren of aangeleerd
Maar is dat dan allemaal de opvoeding? Wat is aangeboren en wat is aangeleerd? Wat maakt dat het ene kind binnen het gezin veel sneller van slag is dan het andere kind?
Ouders met meerdere kinderen zullen tot hun verbazing merken dat het ene kind van jongs af aan anders reageert dan het andere kind. De opvoeding is slechts een deel van het verhaal.
Neurofysiologie
De manier waarop je reageert op je omgeving heeft ook te maken van neurofysiologische verschijnselen. De manier waarop informatie door de hersenen verwerkt wordt en de wijze waarop de zintuigen functioneren verschilt per persoon.
Baby’s en peuters die erg prikkelgevoelig zijn raken vaak sneller van slag omdat de informatie ‘te heftig’ binnen komt. Maar doordat ze zo snel overspoeld raken ontwikkelen ze vaak ook een ander zelfbeeld.
Om te voorkomen dat ze steeds kopje onder gaan moeten ze leren te doseren, meer afstand inbouwen. Ze maken uiteindelijk minder contact, omdat alles zo intensief wordt beleefd.
Aan de andere kant is het ook weer zo dat ouders anders op prikkelgevoelige kinderen reageren. En hun reactie is ook weer van invloed op de kwaliteit van de hechting.
Temperament
Ditzelfde verhaal kun je opschrijven met betrekking tot het temperament. Het temperament is de aangeboren gedragsstijl van een kind.
Een deel van de kinderen heeft een als moeilijk ervaren temperament. Voor opvoeders is het dan moeilijk om een goede pasvorm te vinden.
Omdat het bij de hechting gaat om een interactie tussen opvoeder en kind valt te verwachten dat de ontwikkeling van de hechting bij deze kinderen vaak moeizamer verloopt.
Een gevolg kan ook weer zijn dat het kind (nog) meer moeite heeft met contacten met andere kinderen, maar ook dat het zelfbeeld dat het kind ontwikkelt meer negatief zal zijn.
In deze voorbeelden gaat het niet om de schuldvraag. Ze laten zien dat het ene kind niet het andere kind is en dat de opvoeding van het ene kind de ouders meer energie kost dan de opvoeding van het andere kind.
Ik kan gerust zeggen dat ik mijn jeugd als onveilig heb ervaren. Mooi om nu eindelijk de context te zien zonder te verdwalen in emotie maar door de bril van een volwassene.
Heel herkenbaar dat kinderen uit hetzelfde gezin, ook in dit opzicht, heel verschillend kunnen zijn. Heb het gezien bij mijn eigen dochters, en zie het nu weer bij mijn kleindochters. Bijvoorbeeld in hoeverre ze last hebben van heimwee als ze uit logeren gaan.
dit verhaal bewijst weer eens dat opvoeden best moeilijk is en eigenlijk leer je het alleen door je eigen opvoeding, best bijzonder vind ik, groeten mia