Toen ik in 1975 een heuse griep opliep en dagenlang meer dan 40 graden koorts had heb ik ik een onbewaakt ogenblik een poging gedaan om Asterix en de Noormannen te lezen.
Ik moest er als gevolg van allerlei ontremmingsverschijnselen zó hard om lachen dat ik bijna ben bezweken. “Man overleden als gevolg van het lezen van Asterix en de Noormannen.” Leuker kunnen we het niet maken.
Maar ik ben er nog en ik moet het even over angsten hebben. Of- zoals één van mijn patiënten zei: “Ik ben engstig.” Ze had bang en eng gecombineerd en dat vond ik geen gekke gedachte.
Er bestaan duizenden vormen van angst en fobie. Je kunt het niet zo gek bedenken of er is wel iemand bang voor. Socioloog Rudi Laermans schrijft dat angsten teveel zijn geïndividualiseerd. De allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie van de allerindividueelste mens. Maar dat is volgens hem onjuist. Angsten gedijen erg goed in een context van bepaalde maatschappelijke factoren.
Griep rond 2000
De eerste keer dat me dat opviel was tijdens een bepaalde griepgolf rond het jaar 2000. Geen idee meer wat dat was, maar tal van reizigers in de metro waren behoorlijk op hun hoede. Immers: je kon zómaar besmet raken. Niezen was een zeer verdacht verschijnsel.
Omdat ik dagelijks enkele niesbuien heb kon ik in de metro onverwachts een vrije zone om mij heen creëren. Daar stond tegenover dat ik tal van boze blikken te verduren kreeg. Als je zó ziek bent hoor je niet met het OV te reizen. Griep heb ik in dat jaar niet gehad, het was gewoon standaard mijn allergische reactie op, ja, wist ik het maar… Mijn moeder had dat dagelijkse niezen ook in haar gedragsrepertoire, maar ze is toch 93 jaar oud geworden.
Wat is angst?
Laermans noemt een aantal angsten, waarvan ik een deel nooit in de opleiding gehoord heb. Faalangst, statusangst, controleangst, vrijheidsangst, eco-angst, relatieangst, smetvrees. Je kunt overal bang voor zijn. Daarmee wordt niet uitgelegd wat angst is. Als een blaffende hond naar mijn fietskuiten hapt ben ik ter plaatse even bang, maar is dat angst? Ik stap heus niet banger op mijn sijkel. Waar ligt de grens tussen het even bang zijn voor iets wat jou concreet bedreigd en het overmensd (m/v) worden door angsten die in je leven een aanzienlijke rol spelen?
Corona en angst
Daar ga ik nu niet op in. Wel op het verhaal van socioloog Rudi Laermans dat de corona-pandemie heeft geleid tot een toename van de angst bij mensen. “Corona confronteert ons met besmettingsangst, een angst die lange tijd weg was uit onze samenleving, maar waarin mensen voor onze tijd eeuwenlang geleefd hebben”. Die angst ging dieper dan alleen bang worden voor besmetting, want het was en werd ook een contactangst. Een bezoekje aan je oma kon tot gevolg hebben dat ze ziek werd en overleed. En jij was dan mogelijk de ‘doodsbrenger’.
Volgens Laermans hebben de media op allerlei manieren aan die angst bijgedragen. In de media worden vooral de heftige situaties beschreven. Dat is nu eenmaal het thema van het nieuws. Bergamo kwam in het nieuws omdat in een kleine provinciestad honderden mensen overleden. Daar schrik je van. Het is dus uitkijken geblazen.
Aan de andere kant heb ik een vijftal ‘alternatieve kanalen’ gevolgd, zoals ‘Viruswaarheid’. Daar vertrouwde men de reguliere media niet. Was men dus ook minder bang? In mijn waarneming waren veel volgers van die media juist extra bang. Minder bang voor het virus, maar vooral bang voor een overheid die alleen maar kwade bedoelingen had.
Je kunt naar mijn idee dus stellen dat corona in beide 'kampen' tot een toename van de angst leidde, maar dat de kleur van de angst verschillend was.