Met de komst van de nieuwe DSM-V (het spoorboekje van de psychiater) ben ik opeens een patiënt geworden. Er is bij mij sprake van MCI: Mild Cognitive Impairment. En dat is een afwijking, het is niet normaal. Mogelijk had ik ook al andere afwijkingen, maar daar heb ik mezelf dan nog niet op gescreend.
De verschijnselen had ik al een tijdje en de laatste paar jaar vielen ze me wat extra op. Maar nee hoor: het is zó ernstig dat ik me ernstig achter de oren moet krabben of ik nog wel zelfstandig kan wonen. Gelukkig heb ik hier ook nog een privé ambulant begeleider in huis: enkele jaren geleden was ik haar tiende cliënt, en nu ben ik opgeschoven naar de tweede plaats.
Wat zijn de verschijnselen van de Mild Cognitive Impairment?
1. Meer moeite dan voorheen met complexe aandacht: meer tijd nodig om bepaalde handelingen uit te voeren, vooral als er andere prikkels de aandacht afleiden (bijvoorbeeld een puzzel op moeten lossen terwijl de radio aan staat of terwijl er elders in de kamer een gesprek wordt gevoerd).
2. Meer moeite met de zgn. executieve functies: het plannen en organiseren. Minder gemakkelijk kunnen multitasken (daar zijn de meeste mannen toch al niet goed in, maar inmiddels is dat dus helemaal hopeloos geworden). Meer moeite met het de draad op kunnen pakken na een interruptie (bijvoorbeeld na een bezoek of na een telefoongesprek).
3. Meer moeite met leren en geheugen. Recente gebeurtenissen worden gemakkelijker vergeten. Er zijn vaker lijstjes nodig om dingen te kunnen onthouden. De kalender op de muur moet houvast geven om de chaos van alledag vast te houden.
4. Meer moeite met de visuoconstructieve perceptie: vaker de weg onderweg kwijt, meer briefjes of een Tomtom nodig om ergens de weg te kunnen vinden, grootte van afstanden (bijvoorbeeld de bus instappen, een afstapje bij een trap) wat moeilijker in kunnen schatten.
5. Veranderingen in sociaal gedrag: bijvoorbeeld meer moeite met groepen, meer introvert, soms ontremmingen in het verbale contact (minder ‘gepast afstand houden’).
Dat herken ik allemaal bij mezelf. Het schijnt allemaal te kunnen wijzen op beginnende Alzheimer. Of moeten we het toch maar gewoon blijven vinden? Volgens mij hoort het gewoon bij de leeftijd. En ben ik dan toch niet zo abnormaal dat ik van een etiket voorzien moet worden.
‘Visuoconstructieve perceptie’: is het gebruik van moeilijke uitdrukkingen ook een kenmerk van MCI?? (grapje 🙂 )
@ Je hebt gelijk, Jan Jaap, ik vermijd bij voorkeur moeilijke woorden, maar het rijtje kwam uit de vakliteratuur. Achteraf gezien had ik dit kunnen omzeilen. Wat betreft MCI en moeilijke woorden: die worden nog wel gebruikt, maar steeds minder begrepen (…).