Bij de afname van de SEO- R2, een schaal voor emotionele ontwikkeling, kwam ik bij Sandra (uiteraard een gefingeerde naam en ook andere gegevens heb ik vermengd) uit op een sociaal-emotionele basiskleur van tussen de één of twee jaar. Ze zit in de zogenaamde socialisatiefase en nét een klein stukje in de eerste identificatiefase. Welke consequenties zou dat kunnen hebben voor de benaderen van Sandra? Een poging…
Puber
Sandra is een kwetsbare puber. Aan de ene kant wil ze met de grote mensenwereld meedoen. Aan de andere kant is die wereld voor haar véél te groot en te bedreigend. Het liefste kruipt ze bij een begeleider op schoot om samen naar Sesamstraat te kijken.
LVB
Sandra heeft een lichte verstandelijke beperking. Dat wordt vaak niet op tijd opgemerkt, omdat ze best goed haar woordje kan doen. Maar uit een intelligentie-onderzoek kwam naar voren dat haar ontwikkeling te vergelijken is met die van (heel globaal aangegeven) een kind van 7 á 8 jaar. Dan kun je al wel heel veel, maar dat binnen de veilige beschutting van een vertrouwde omgeving. Eenmaal los van je opvoeders is die wereld te groot en te onoverzichtelijk.
Diagnose?
Emotioneel loopt Sandra sterk achter bij haar verstandelijke ontwikkeling. Op de basisschool werd bij haar de diagnose PDD-NOS vastgesteld. Die diagnose zegt niet zoveel, omdat het een vergaarbak is van moeilijk plaatsbare gedragingen. In de nieuwe DSM-V is PDD-NOS dan ook vervallen als aparte diagnose. Een volgende psychiater sprak tijdens de puberteit van een hechtingsstoornis. Een derde opperde borderline…
Geen planning
Opvallend is de grote moeite die Sandra heeft bij het plannen en organiseren. Ze kan zich nauwelijks voorstellen welke stappen ze moet nemen om iets te regelen en te organiseren. Dat is vooral moeilijk voor haar als er iets buiten de deur plaats moet vinden. Ze kan zich dan helemaal geen beeld vormen: ze moet het voor zich zien. Een wegomlegging kan een groot probleem zijn: ze durft dan al helemaal de deur niet meer uit omdat ze bang is dat ze de weg kwijt raakt.
School
Sandra heeft op school gezeten, maar dat was emotioneel erg zwaar voor haar. De bedoeling was dat ze na de schooltijd naar dagbesteding zou gaan, maar tot nu toe is die stap te groot gebleken.
Hoewel je het heel anders zou verwachten is Sandra niet in staat om aan dagbesteding mee te doen. Ze gaat slechts met een begeleider op stap en ze doet in huis klusjes. Die moeten allemaal stap voor stap opgeschreven worden, anders krijgt ze het niet voor elkaar. Het oorspronkelijke idee van begeleid wonen is helemaal losgelaten: ze woont op het terrein van een instelling.
Sociaal-emotioneel
Bij een onderzoek naar zijn sociaal-emotionele ontwikkeling kom ik uit op een basis op de leeftijd van 1 á 2 jaar. Maar dit niveau wisselt ook sterk. Als Sandra gespannen is functioneert ze op een veel lager niveau dan wanneer ze ontspannen is.
Geen ik
Bij Sandra is nog geen sprake van een I-dentity. Ze heeft nog geen eigen ik ontwikkeld. Er wordt wel gesproken over een We-dentity. Ze bestaat slechts bij de gratie van de ander. Dat is in de eerste plaats haar moeder. Als haar steun van de ander wegvalt, verzinkt Sandra in een emotionele chaos, óf ze trekt zich terug in haar eigen wereld.
Zelfverwonding
De boosheid die ze laat zien is vooral in de vorm van zelfverwonding: zichzelf krabben, nagels pulken en soms ook snijden. Ook laat ze veel passief verzet zien: ze komt dan haar bed niet uit of blijft eindeloos treuzelen voordat ze aan tafel komt. Maar in feite gaat het niet om boosheid, maar om angst, ontreddering: ik begrijp er helemaal niets meer van. Ze kan de overgang gewoon niet maken. Als haar gedrag escaleert schopt, krabt en bijt ze de begeleiding.