Dit is het stationsgebouw van Alkmaar. Gemiddeld zo’n tien keer per week stap ik hier in en weer uit de trein.
In het gebouw zelf kom ik maar zelden. Stationsgebouwen zijn steeds minder de plek waar reizigers in en uit gaan en steeds meer mini-winkelcentra geworden. In het gebouw bevinden zich o.a. een bloemenzaak, de HEMA, een Burger King, een broodjeszaak en een AH to Go. Ergens verstopt in het gebouw zijn ook nog loketten te vinden. Het is tegenwoordig zoeken naar wat eigenlijk de centrale taak is van een gebouw van NS: het verlenen van service en het verkopen van kaartjes.
Het station werd in 1865 geopend. Het is één van de vele gestandaardiseerde stations die in de 19e eeuw gebouwd werden. Inmiddels zijn er nog maar enkele van deze stations. Het station van Alkmaar is in de loop der tijd dusdanig ingrijpend verbouwd dat van het oorspronkelijke karakter niet zoveel meer over is. Wat dat betreft heeft men in Leeuwarden beter werk verzet. Daar heeft de stationshal deels zijn oude sfeer kunnen behouden, in Alkmaar is dat bijna allemaal verloren gegaan.
De afgelopen twee jaar werd de omgeving van het station zeer ingrijpend veranderd. Het busstation werd totaal gerenoveerd (er komen hier zo’n 25 buslijnen samen). Opmerkelijk is dat deze renovatie weer heeft geleid tot de oude wijze van opstelling van de bussen, zoals dat ook in de jaren ’60 het geval was. Alleen rijden er nu andere bussen.
Het meest ingrijpend is echter de bouw van een massieve traverse over de sporen heen. De 20.000 dagelijkse in-en uitstappers op het station gaan nu niet meer door een tunnel (met vaak gladde tegels) maar lopen hoog boven de sporen naar de perrons. Daar vertrekken treinen naar Maastricht en Nijmegen (samen vier keer per uur naar Amsterdam en Utrecht), naar Haarlem, Hoorn en Den Helder. Ieder uur zes treinen naar de Randstad en vier treinen verder Noord-Holland in. Alkmaar is dan ook een echt spoorwegknooppunt. Deze goede verbinding was één van de redenen waarom we destijds kozen voor Alkmaar als woonplaats (we hebben geen auto).
De stationstraverse is ruim opgezet. Maar hij is zó massief dat eigenlijk het oude station in architectonisch opzicht weg valt. Het staat er nog wel, maar het is naar de zijkant van de dagelijkse drukte verschoven.
De bussen staan nu andersom met de neus richting spoor. Vroeger was dat beter met de neus richting weg. Dwz de mensen die op de halte staan om in te stappen staan zo niet voor de uitstappers in de weg.